Bijgewerkt op 27-09-2011 Over de bergen naar de Libische zee. 28/9. 4e
dag. (Woensdag) : Met inktzwarte wolken worden we om 7 uur wakker. Voor onze begrippen zou dit slecht weer zijn, maar hier lost het zich zonder regen op. Toch wel het begin van de winterregens neem ik aan en ze kunnen het goed gebruiken. Na hetzelfde ontbijt : hard brood, jammetje, Nes en Tang (dat we al kennen van Suriname) vertrekken we eerst richting Rethymnon tot het dorpje Vrises en dan pal naar het zuiden. De bewolking hebben we achter ons gelaten en ook de wind wordt minder hard. Klik op een miniatuur om de foto
te zien De weg kronkelt zich steil omhoog door een enorm kaal en ruig bergketen, het land van de legendarische Sfakioten, die zich wisten te verzetten, éérst tegen de Venetianen, dan de Turken en uiteindelijk ook de Duitsers in de 2e wereldoorlog. Het enige dat daar nog groeit lijken wel de olijfbomen. Kreta heeft 30 miljoen olijfbomen, werd ons verteld en is de grootste olie-exporteur, en die olie smaakt bijzonder goed. We zien kuddes schapen grazen, wat ? Er is niets, behalve een enkel toefje heide en de olijfbomen. Ineens zien we
weer, hoog in de bergen, een stukje vruchtbare grond, zoals hier bij Amoudari.en
Askifou Sfakion, met in de verte de bergketens met eeuwige sneeuw. Tegenover Chóra
Sfakion ligt het piepklein eilandje Gávdos, dat als het eiland Ogygia wordt
beschouwd uit de Odyssee, waar de nimf Kalypso de zwervende Odysseus 7 jaren
verborg. Men wijst je nog de grot aan. Het bootje wacht,
tjokvol, om ons naar Agia Rouméli, het einde van de Samariakloof te brengen, dat
alleen per boot bereikbaar is ; het wordt een fantastische overtocht van
anderhalf uur, met prachtig weer en diepblauwe, kalme zee. Af en toe een
kapelletje op een rots, verder niets. « A barren land
breeding the pure beauty of the soul's aspirations… »
« Een onvruchtbaar land dat de zuivere
schoonheid van de aspiraties van de ziel kweekt. » (helaas weet ik
niet meer van wie dit is.) Tijdens de 2 uur durende wandeling in de kloof, die Geert wél heeft gelopen, lig ik in de Libische zee of op de kiezel-steentjes, die overigens veel te heet zijn. Gelukkig groot badlaken mee en een boek over een beroemde Sfakioot, van Niko Kazantzakis : Kapitein Michalis, over het Kretenzer verzet door de beroemde Sfakioten tegen de Turken aan het einde van de 19e eeuw. Erg boeiend en bijzonder om het ter plaatse te lezen. Na een heerlijke
lunch onder een pergola van oleanders, gaan we 3/4 uur te vroeg naar de boot en
vinden net de laatste 2 zitplaatsen bovenop. Terug in Loutro Sfakion treffen we
Takis die op ons wacht. Over de Sfakioten en hun bijgelovigheid gaan vele verhalen ; de mooiste is misschien wel deze : de Sfakioten waren heel lang geleden boos, omdat andere gebieden op Kreta bevoordeeld waren met goede gaven zoals olijfbomen, schapen en geiten, wijngaarden en graanvelden, en zij alleen maar rotsen bezaten. Daarom verschenen de Sfakioten, van top tot teen gewapend, voor God met de vraag : « God, hoe moeten wij op deze rotsen in leven blijven ? » De Almachtige keek hen liefdevol aan en zei : « Jullie hebben toch hersens genoeg. Zie je dan niet in, dat deze mensen in de vlakte dit alles voor jullie verbouwen ? » Dit antwoord was voor de Sfakioten een vingerwijzing om te kunnen stelen overeenkomstig Gods wil. Tegen het vallen van de avond bereiken we Plakias en ons « droomhotel Kalypso Cretian Village », ongelofelijk mooi, in de vorm van een wit dorpje gebouwd, hoog op de rotsen met de blauwe Libische zee in de diepte. Die avond kijken we, gezamenlijk met Grieken, naar de voetbalwedstrijd tegen Ajax, en Takis is de volgende dag in opperbeste stemming. Zij hebben gewonnen. Zie verder bij langs de zuidkust. |
je kunt me bereiken door op het
envelopje te klikken
|